Wintervuur - Lizzie van den Ham - E-Book

Wintervuur E-Book

Lizzie van den Ham

0,0
2,99 €

-100%
Sammeln Sie Punkte in unserem Gutscheinprogramm und kaufen Sie E-Books und Hörbücher mit bis zu 100% Rabatt.
Mehr erfahren.
Beschreibung

Als Sofie van der Laan tijdens haar eerste maand als reisleider voor Troubadour Themareizen meteen naar Oostenrijk wordt gestuurd, is dat wel even spannend. Haar baas, Bas Schulte, controleert haar om de haverklap en ze wil dolgraag indruk op hem maken. Dat is nog niet zo eenvoudig. De groep die Sofie begeleidt is leuk, maar van de lokale gids die haar in Kaprun moet helpen met de skilessen krijgt ze niet zo goed hoogte.


Is Alexander Hansl een eersteklas rokkenjager die elke week een ander meisje op de piste verleidt, of schuilt er meer achter dat knappe gezicht? Sofie zou Alex het liefst uit de weg gaan, maar ze moeten samenwerken om de reis tot een succes te maken…


Sneeuw, skipret en een sexy man… Wat kan er fout gaan?


 

Sie lesen das E-Book in den Legimi-Apps auf:

Android
iOS
von Legimi
zertifizierten E-Readern

Seitenzahl: 197

Bewertungen
0,0
0
0
0
0
0
Mehr Informationen
Mehr Informationen
Legimi prüft nicht, ob Rezensionen von Nutzern stammen, die den betreffenden Titel tatsächlich gekauft oder gelesen/gehört haben. Wir entfernen aber gefälschte Rezensionen.



Wintervuur

Lizzie van den Ham

Wintervuur

is een uitgave van

Dutch Venture Publishing

Copyright © 2021 Dutch Venture Publishing

Auteur: Lizzie van den Ham

Omslagontwerp: Dutch Venture Publishing

Tekstredactie & binnenwerk: Jen Minkman

Eerste uitgave april 2021

NUR 343

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Inhoudsopgave

Titelpagina

Copyright Pagina

Proloog

1.

2.

3.

4.

5.

6.

7.

8.

9.

10.

11.

12.

13.

Epiloog

Proloog

Met een bibberig gevoel in haar benen liep Sofie van der Laan naar het kantoor van Bas Schulte, haar baas. Links en rechts van haar in de gang hingen prachtige foto’s van de plekken waar je met de pakketreizen van Troubadour Themareizen naartoe kon. Normaal genoot ze van al die pracht, maar nu kon ze zich alleen maar druk maken om het telefoontje dat ze vanochtend van Bas had ontvangen.

Ze werkte hier net een maand, als vervanger voor een vaste kracht die met zwangerschapsverlof was. Jackie de Waard deed reizen naar Engeland en Sofie had zich in de maand van sint, kerst en oudejaar met al haar energie gestort op de reis naar Dartmoor die Jackie niet meer had kunnen begeleiden. Ze was net een paar dagen terug; het was drie januari. Bas had haar een halfuur geleden gebeld of ze eerder op haar werk kon komen en had zo ernstig en zakelijk geklonken, al had hij haar naam voor de zoveelste keer verkeerd uitgesproken. Op de een of andere manier dacht hij dat ze Sofia heette in plaats van Sofie. Misschien omdat ze er mediterraans uitzag? Ze durfde het niet te vragen.

Ze dacht alleen maar maniakaal na over dat telefoontje van hem. Zou ze het niet goed hebben gedaan? Waren er klachten gekomen van de mensen die mee waren geweest op Dartmoor-reis? Maar iedereen had zo enthousiast geleken... Of was ze soms te amicaal geweest met de gasten? Dat deed ze wel vaker; dan deed ze te informeel tegen mensen die dat helemaal niet waardeerden. Of...

Grr, ze moest ophouden met zichzelf zo opnaaien. Sofie zuchtte diep en bleef voor de deur van het kantoor staan. Ze veegde haar bruine krullen uit haar gezicht en klopte aan.

‘Binnen!’ riep Bas.

Sofie stak haar hoofd om de hoek van de deur en zag dat niet alleen Bas in zijn kantoor zat, maar dat ook haar collega’s Eloise, Joost en Debbie aan de vergadertafel zaten.

‘Hé, welkom.’ Bas gaf haar een warme glimlach en meteen voelde Sofie de spanning wat van zich afvallen. Hij zag er niet uit alsof hij haar ter plekke ging ontslaan. ‘Ga zitten.’

Debbie pakte de kan met koffie die op tafel stond en schonk een kopje in voor Sofie. ‘Koekje erbij?’ vroeg ze, de trommel met krakelingen uitnodigend voor Sofies neus heen en weer zwaaiend.

‘Nee, dank je.’ Ze had nog niet eens ontbijt op en ging zeker niet ontbijten met een koekje. Ze had in de haast om naar kantoor te komen een banaan in haar tas gestopt en die moest eerst op. ‘Waarom zitten we allemaal zo plechtig bij elkaar?’

Joost grinnikte. ‘Dat gaat Bas zo uitleggen.’

Bas schraapte zijn keel en stak van wal. ‘Ja, we hebben een beetje een probleem met de bezetting. Joost heeft de Oostenrijkreis onder zijn hoede, maar die moet invallen voor Debbie. Die neemt verlof op in verband met haar zieke moeder, de komende weken.’

Sofie keek Debbie onderzoekend aan. Haar jonge collega leek altijd zo vrolijk, maar misschien was dat wel niet helemaal waar.

Debbie glimlachte. ‘Het valt mee hoor. Mijn moeder is geopereerd aan haar rug en moet revalideren, maar nu mag ze een aantal weken helemaal niet lopen. Dus ik kom haar helpen. Mijn vader kan echt geen vrij nemen van zijn werk, helaas.’

‘Ja, dus ik ga naar Spanje,’ zei Joost. ‘Ik spreek Spaans en Eloise niet, dus die doet nog steeds de reis naar Parijs. En Bas zei dat jij Duits spreekt, dus...’

Sofie knikte. ‘Dat klopt. Ik ben blij dat ik kan helpen. Wanneer vertrekken we?’

‘Ehm...’ Bas keek een beetje ongemakkelijk. ‘Over vier dagen al.’

‘Oh.’ Sofie slikte. ‘Wauw. Eh. Nou, als Joost het allemaal goed heeft voorbereid?’

‘Uiteraard. Bas wil dat wij zo een paar uur samen gaan zitten,’ zei Joost. Hij grijnsde. ‘Enne... je weet zeker dat je écht Duits spreekt?’

Iedereen aan tafel begon te lachen. Sofie trok een wenkbrauw op. ‘Ik ben half Duits. Hoezo?’ Ze had een Turks-Duitse moeder en een Nederlandse vader. Ze was de eerste tien jaar van haar leven opgegroeid in Bonn en daarna verhuisd naar Amsterdam. Daar woonde ze nu nog steeds, net als haar ouders en broertje. Ze zag ze elk weekend, want hun familie was heel hecht.

Bas Schulte grinnikte. ‘Oh, Jackie heeft ooit een reis naar Frankrijk begeleid terwijl ze helemaal geen Frans kon. Dat had ze alleen wel op haar CV gezet.’

Sofie schoot in de lach. ‘Lekker handig.’

‘Ach, ik heb het haar al vergeven, Sofia. Ze is tijdens die reis verliefd geworden op mijn neef Jones en krijgt nu samen met hem een kindje.’ Bas kreeg een blije glans in zijn ogen. Hij zag er duidelijk naar uit om oom te worden. De meer menselijke kant van haar baas liet Sofie even vergeten dat hij ook nogal verstrooid en chaotisch kon zijn, waardoor hij bij nieuwkomers zoals zij moeite had om namen goed te onthouden.

Ze praatten nog even verder onder het genot van een kopje koffie en toen liepen Joost en Sofie samen naar zijn werkhoek om de reis door te spreken. Terwijl Sofie haar banaan opat, weidde Joost uit over de Oostenrijkreis, die het thema ‘Mozart’ combineerde met ‘Het bergleven’. Eerst zouden ze drie dagen in Salzburg doorbrengen en daarna doorreizen naar Kaprun, waar er talloze activiteiten mogelijk waren voor de deelnemers. Er was natuurlijk alpineskiën of snowboarden op de gletsjer, maar er konden ook winterse wandeltochten worden gedaan of cultuurhistorische dingen geboekt worden.

‘De groep bestaat uit maar veertien mensen,’ stelde Joost haar gerust. ‘En je zit in Kaprun in een wellnesshotel met een heel animatieprogramma. Het kán bijna niet fout gaan.’

Inwendig kreunde Sofie bij die opmerking. Wist Joost dan niet dat je met zo’n opmerking bij voorbaat al een goede afloop verpestte? ‘Het kan niet fout gaan,’ herhaalde ze braaf.

‘Bovendien heb je in Kaprun een lokale gids als hulpje.’ Joost pakte zijn telefoon erbij. ‘Ik zal je zo zijn nummer appen. Op Whatsapp reageert hij altijd supersnel.’

Na nog eens tien minuten liep Sofie met een dikke map onder haar arm naar haar eigen werkplek. Ze had de lijst met deelnemers, een stapel papieren met alle uitstapjes, het telefoonnummer van een zekere Alexander Hansl, en nog vier dagen om zich op alles voor te bereiden...

1.

Sofie haalde diep adem om haar ongeduldigheid wat in bedwang te houden. Om de vijf minuten keek ze vol spanning naar de bagageband. Ze zou de groep om twee uur op Salzburg Airport ontmoeten, maar het was nu veertig minuten later en er was er nog steeds geen teken van leven. Geduld was niet een van haar vele talenten en haar lichaam begon te protesteren omdat ze te lang op één plek had gezeten. Haar billen deden pijn en haar voeten leken plots wel tien keer zwaarder te wegen.

‘Argh,’ kreunde ze zachtjes terwijl ze naar beneden staarde om nog eens goed naar haar outfit te kijken. Waarom had ze ook alweer gedacht dat het een goed idee was om hakken te dragen? En een mantelpakje? Ze had ook nog wel een aktetas en een laptop bij zich kunnen dragen om het plaatje helemaal af te maken. Ze wilde graag indruk maken op de groep, maar inmiddels zou ze waarschijnlijk een gepijnigde en gestreste indruk maken. Deze schoenen had ze bijna nooit aan en ze wist nu weer waarom. Ze had het alleen niet zo’n goed idee gevonden om te casual gekleed naar het vliegveld te komen, omdat ze graag professioneel over wilde komen en niet al te buddy-buddy met de mensen in de groep wilde zijn. Straks zou Bas Schulte dat maar niks vinden.

Als haar baas niet steeds op de achtergrond van haar gedachten was geweest, zou ze niet zo geobsedeerd zijn geweest over haar uiterlijk. Normaal liep ze er in vrijetijdskleding bij, ze was niet zo’n kantoormiep. De afgelopen zes maanden had ze op allerlei plekken gesolliciteerd en hoewel ze zich voor die gesprekken ook op haar paasbest had aangekleed en benadrukt hoe hard ze werkte, dachten de meeste werkgevers met wie ze had gepraat duidelijk dat ze weer zo’n luie millenial was. Het was eigenlijk een godswonder dat ze bij Troubadour Themareizen wél een kans had gekregen, al was het dan maar een tijdelijke baan.

Vanaf het moment dat ze de deur van het reisbureau was binnengestapt, had ze zich uit de naad gewerkt om aan haar baas te bewijzen dat zij, in tegenstelling tot de rest van de telefoonverslaafde millennialgeneratie, haar baan écht serieus nam. Dat ze er niet alleen maar was omdat de rekeningen nu eenmaal moesten worden betaald, maar ook om praktijkervaring op te doen en bij te dragen aan de bedrijfsvisie. Maar helaas voor haar was Bas Schulte niet de baas op wie je eenvoudig indruk kon maken. Hij had de neiging vergeetachtig te zijn en soms, als ze met hem praatte, leek het net of er naast het gesprek-met-Sofie radertje nog tientallen andere wieltjes in zijn hersenen aan het draaien waren. Hij leek tien plannen tegelijk te hebben, die man.

Ze had nog niet precies kunnen ontdekken hoe hij over haar dacht, maar tot nu toe (zolang ze haar werk deed en er geen punt van maakte dat hij haar naam steeds verkeerd uitsprak) had hij geen probleem met haar. Veel lovende woorden kon ze van hem echter niet verwachten. Ze had geaccepteerd dat het niet persoonlijk was en dat hij geen ondankbare man was, maar eerder iemand die een paar lessen in sociale vaardigheden nodig had. Diep vanbinnen wist Bas Schulte waarschijnlijk best dat ze een aanwinst was voor zijn bedrijf. Hij vond het alleen niet nodig om het hardop te zeggen.

Of misschien was hij gewoon blij met haar afkomst en was de enige reden waarom zij deze reis toebedeeld had gekregen dat niemand anders Duits sprak.

Sofie greep weer naar haar telefoon. Het was 14:42. Waarom duurde het in godsnaam zo lang? Was hun bagage zoek of zo? Waren er problemen bij de douane? Had iemand een hele zak wiet meegenomen omdat ze de geneugten van het Amsterdamse leven geen weekje konden missen? Of... was het mogelijk dat ze Bas Schulte verkeerd begrepen had en had hij twee uur ’s nachts bedoeld? Nee, er kwamen amper nachtvluchten aan op dit vliegveld. Dat kon helemaal niet. Of had zíj soms twee uur onthouden terwijl het eigenlijk vier uur was? 14, 16... alle cijfertjes begonnen in haar hoofd te dansen.

Oh mijn God. Had ze zitten wachten op mensen die nog niet eens aan boord van het vliegtuig waren? Moest ze naar kantoor bellen om het na te vragen?

Natuurlijk niet. Dán zou ze pas stom overkomen. Als het Schulte ter ore zou komen dat ze belde over zoiets cruciaals als de aankomsttijd van de groep, zou hij wel denken dat ze de uitdaging niet aankon. Misschien zou hij haar zelfs ontslaan. Welke reisgids maakte er nu al een fout bij het ophalen van de groep op het vliegveld?

Met de moed der wanhoop keek Sofie nog eens omhoog naar het bord met aankomsttijden, waar al een halfuur de melding ‘Storing’ te zien was. Dat was ook de reden dat ze nergens kon zien of er vertraging was, en helaas was het grondpersoneel niet zo scheutig met informatie.

Moest ze alvast naar het hotel en daar wachten? Maar wat moest ze dan doen met de tourbus die ze al voor de gasten had geregeld? Ze kon de chauffeur toch niet wegsturen? Als ze dat deed, zou ze misschien annuleringskosten moeten maken en die kon ze niet zomaar van de bedrijfscreditcard afschrijven. En zoveel geld had ze zelf niet te besteden.

Sofie beet geïrriteerd op haar onderlip en keek rond in de aankomsthal. Niet ver van haar vandaan stond een grondstewardess met een belachelijk ingewikkeld kapsel achter een balie verwoed in de telefoon te praten terwijl ze met haar nagels op de balie trommelde. Aan haar gezicht te zien was het duidelijk dat er iets mis was en het zou weleens te maken kunnen hebben met de aankomsttijden. Daar was het dan, eindelijk: een sprankje hoop.

Op dat moment werd er over de intercom omgeroepen dat de vlucht uit Amsterdam anderhalf uur vertraging had vanwege slecht weer boven Nederland en Duitsland. Sofie liet een opgeluchte zucht ontsnappen.

Haar baan was veilig. Misschien kon ze deze extra tijd gebruiken om zich om te kleden in iets comfortabelers, zoals een spijkerbroek en sneeuwlaarzen. Het klonk goed, maar ze had wel een probleem. Als ze het zich goed herinnerde, zaten haar laarzen onderin haar overvolle koffer gepropt. Ze ging echt niet de moeite nemen om alles weer opnieuw in te pakken als ze die dingen eenmaal had.

Nee, ze zou dit mantelpakje gewoon aanhouden en zich eenmaal in het hotel omkleden. In plaats van haar koffer helemaal uit te pakken, besloot ze om haar telefoon nog even te pakken en naar het laatste app-bericht van Alexander te kijken. Ze hadden over en weer geappt, maar ze had hem nog nooit aan de telefoon gehad. Nieuwsgierig klikte ze eens op de profielfoto die Alex gebruikte. Hm, daar kon ze niet veel uit opmaken. Al mocht ze geen commentaar leveren, want zelf had ze een profielfoto van haarzelf als baby.

De foto van Alex was er een van twee jongemannen. Een van hen viel op met zijn blonde haar en scherpe jukbeenderen. Hij had een ski-jack aan, een zonnebril op en hij stond duidelijk van de zon te genieten. De andere jongen zag er met zijn donkere haren en een baardje van twee dagen wat ruiger uit. Hij had een skihelm en een skibril op.

Wie van de twee zou Alexander zijn? Ze hoopte die met de donkere haren, want die ander zag eruit als eersteklas gladjakker.

Ze scrolde door de appjes om te zien of ze iets gemist had. Dat was onwaarschijnlijk, want ze had alles tot in de puntjes geregeld, maar het kon nooit kwaad het nog eens te checken. Tot nu toe klonk het wellnesshotel in Kaprun dat Alex had beschreven als een waar paradijs. Het had een fitnessruimte, een sauna en een zwembad. Het eten was ook overheerlijk, had ze op het menu gezien dat online stond. Het was zelfs gezond eten dat ze serveerden; iets wat je niet van elk wellnesshotel kon zeggen. Dat was altijd een doorn in het oog van Sofie, die met haar vriendinnen weleens naar Sanadome was geweest en zich dan verbaasde over het vele vette eten dat deel uitmaakte van het buffet in het restaurant dat bij het hotel hoorde.

Om de tijd te verdrijven, appte ze Alex nog maar eens.

Het maakt niet uit hoe laat we inchecken, toch?

Zijn antwoord kwam een paar seconden later al, want hij was online.

Ja, jullie kunnen de hele dag aankomen. Al ga ik er niet vanuit dat het na middernacht wordt, haha

Hij stuurde er meteen nog iets achteraan:

Ik ken een paar jongens die daar werken. Zal ik ze vragen om speciaal voor jullie daar te zijn op de dag van aankomst?

Sofie glimlachte. Nee hoor, dat is niet nodig. Bedankt!

Ja, hij moest die donkere krullenbol wel zijn. Hij klonk zo aardig en behulpzaam. Die andere jongeman op de foto zag eruit als een echt feestnummer zonder verantwoordelijkheidsgevoel.

Alex klonk als een aardige gast en ze kon iemand zoals hij goed gebruiken bij deze onverwachte opdracht. In Kaprun was ze nog nooit geweest, dus een lokale gids die meehielp was ideaal. En als de groepsleden hier eenmaal waren, zou ze ervoor zorgen dat ze allemaal een onvergetelijke reis zouden beleven.

2.

Een eeuwigheid later landde de binnenkomende vlucht en Sofie haastte zich om de toeristen bij de bagageband welkom te heten en zichzelf voor te stellen.

‘Hoi allemaal, ik ben Sofie van der Laan en ik ben deze week jullie reisgids,’ zei ze enthousiast. ‘We gaan zometeen met een bus die speciaal door Troubadour gehuurd is naar ons hotel in Salzburg, dus daar lopen we met zijn allen heen om de bagage in te laden.’

‘Dag Sofie,’ werd er hier en daar geroepen, en ze glimlachte tevreden.

Het zag eruit als een gezellige groep. Een gemêleerd gezelschap, met jong en oud door elkaar. Sofie had aan de gastenlijst niet kunnen zien hoe oud iedereen was, want de geboortedata stonden er gek genoeg niet bij. Of misschien had Joost de lijst niet goed uitgeprint. Joost mocht het weten. Ze moest inwendig lachen om haar eigen flauwe grap en rolde even met haar ogen.

Bas Schulte zou vast elk ogenblik gaan opbellen om te vragen of de gasten tevreden waren met hun kamers, dus ze hield de groep niet al te lang aan de praat. Ze zagen er ook uit alsof ze door alle vertraging een beetje aan het eind van hun Latijn waren. Ze bracht hen vlug naar de bus en een kwartier later arriveerden ze bij het hotel. Voor het eerste deel van de reis was er voor de groep een luxe hotel in hartje Salzburg geboekt, niet al te ver van het Domplatz vandaan, en aan hun gelaatsuitdrukkingen te zien leken ze het geweldige uitzicht op het kasteel op de heuvel wel te kunnen waarderen.

Eenmaal in de lobby liet Sofie het inchecken van de gasten over aan de receptie. Er waren zelfs bell boys die de koffers naar de juiste kamers zouden brengen, dus dat was helemaal goed geregeld. Ze gebaarde naar een zitgedeelte in de linkerhoek van de lobby met enkele leren banken, die in een vierkant rond een salontafel stonden. Daar kon de hele groep zo’n beetje plaatsnemen zodat ze ze toe kon spreken.

‘Oké dames en heren.’ Sofie schraapte haar keel en plooide haar lippen in een stralende glimlach. ‘Welkom in Salzburg! Nu we hebben vastgesteld dat we allemaal een goede muzieksmaak hebben, moeten we ons misschien even aan elkaar voorstellen. Ik ben dus Sofie en ik ga ervoor zorgen dat jullie de beste week van jullie leven zullen hebben.’

Haar laatste uitspraak leverde haar gelach op van de groep.

‘Ik ga wel eerst.’ Een tengere, jonge vrouw met golvend bruin haar bood zich aan als vrijwilliger om het spits af te bijten. ‘Mijn naam is Debora en sneeuwpoppen maken is mijn tweede favoriete bezigheid tot nu toe.’

Meer gegrinnik.

‘Wat is je eerste favoriet dan?’ vroeg een jongeman die Debora een jongensachtige grijns toewierp. Hij donkerblond haar, een gladgeschoren gezicht en was lang gebouwd. Hij kon niet ouder zijn dan zesentwintig, dacht Sofie. Maar ze was er niet zeker van of ze die flirterige vibe die ze van hem kreeg wel kon waarderen. Om de een of andere reden had ze een hekel aan popiejopies, en al helemaal in een groep. Ze kwamen altijd in de problemen omdat ze in het openbaar stomdronken werden of ruzie zochten. Sofie kon alleen maar hopen dat hij zich zou gedragen.

De vrouw kneep haar ogen half dicht en zei op een ligt-dat-niet-voor-de-hand toon: ‘Ehm, skiën?’

Debora deelde duidelijk hetzelfde gevoel voor humor. Sofie had het gevoel dat ze weleens vriendinnen zouden kunnen worden, alleen al door hun wederzijdse afkeer van arrogante, waanzinnig aantrekkelijke mannen.

‘Oh ja, natuurlijk. Van mij ook.’ Hij glimlachte schaapachtig. ‘Ik ben Hans. Hans Dirkzwager.’ Zijn blik landde weer op Debora. ‘En ik kan niet wachten om je een poepie te laten ruiken op de piste.’

Debora rolde met haar ogen en mompelde iets onhoorbaars. Voor een korte seconde ontmoetten hun blikken elkaar en Sofie schonk haar een kleine glimlach.

‘Nou, er is duidelijk meer aan de hand tussen jullie twee,’ zei een jonge, blonde vrouw die haar lippen in een vurige rode tint gestift had. Haar jas was ondanks het koude weer van boven losgeknoopt. Sofie vond haar borsten verdacht groot voor iemand met haar lichaamsbouw en lengte. ‘Ik ben Lola.’

‘Wij zijn de familie van der Hoek,’ stelde een man van middelbare leeftijd zich voor, en hij gebaarde naar een vrouw rechts van hem en een tienermeisje. Ze zagen er aardig uit, maar het meisje was duidelijk niet helemaal op haar gemak. Misschien had ze liever niet met haar ouders op deze vakantie willen gaan.

‘Ik heet Katja,’ zei het meisje met een verlegen stem. Ze keek de groep niet aan.

De rest van de groep stelde zich ook voor. Er was nog een echtpaar van midden dertig, Harry en Lida, die wat terughoudend leken en niet meteen aansluiting zochten bij de rest. De vrouw deed Sofie een beetje denken aan een neurotische, overbezorgde moeder in een speeltuin.

Karel, Fons en Willem waren de oudsten van de groep en bekenden trots hun liefde voor klassieke muziek, en dan met name Mozart. Ze kenden elkaar van het orkest in Haarlem. In Kaprun zouden zij vooral gletsjertochten en culturele dingen gaan doen, want van de pistes afdalen zagen ze niet zitten.

Tenslotte was er nog Mieke, een ingetogen muziekstudente van begin twintig. Uiteindelijk was de groep geslonken tot twaalf mensen omdat er een stel had afgezegd. Dat scheelde weer met namen leren; dat moest Sofie nog een beetje onder de knie krijgen. Ze kon echter moeilijk aan de gasten vragen of ze allemaal een naambordje wilden dragen, dan was het net of ze op een soort congres waren.

‘Zo, nu de kennismaking achter de rug is, kunnen we de kamers gaan bekijken,’ zei Sofie terwijl ze de sleutelkaarten erbij pakte die een van de receptionisten aan haar had gegeven. Ze deelde iedereen zijn of haar kaart uit en wilde de groep net naar de lift volgen toen ze haar telefoon voelde trillen in haar tas.

‘Vergeet niet dat we elkaar hier in de lobby om stipt vijf uur ontmoeten!’ riep ze hen na. Er klonk een paar keer ‘Ja, tot zo!’

God, laat het niet weer Bas Schulte zijn, alsjeblieft, dacht ze terwijl ze haar telefoon pakte. Maar hij was het natuurlijk wel.

‘Hallo,’ zei ze enigszins buiten adem.

‘Sofia, waar ben je?’

Serieus? Was hij soms nu al vergeten waar hij haar heen had gestuurd? Zou ze gewoon voor de lol ‘Parijs’ zeggen? Nee, hij bedoelde vast iets specifieker waar ze zich bevond.

Ze onderdrukte een kreun en antwoordde: ‘Ik ben in het hotel. We zijn net ingecheckt.’

‘Nu pas? Dat is wel aan de late kant.’

‘Ja, er was vertraging bij de vlucht in Amsterdam.’

‘Goed,’ was alles wat hij zei voordat hij abrupt ophing.

Argh. Hoe moest ze de komende week overleven als hij verwachtte dat ze elke twee uur zijn telefoontjes beantwoordde? En kon iemand hem alsjeblieft telefoonmanieren leren? Wie hing er nu zomaar op zonder nog iets van een groet te laten horen?