De legende van prins Madoc: historische roman - W. A. Hary - E-Book

De legende van prins Madoc: historische roman E-Book

W. A. Hary

0,0

Beschreibung

door W.A.Hary, Alfred Bekker, Hendrik M.Bekker Er bestaan veel legendes over de Welshe prins Madoc. Hij zou in de twaalfde eeuw met zijn schip de Nieuwe Wereld hebben bereikt. Wales wordt op dit moment geteisterd door interne onrust. De zonen van koning Owain vechten om de macht in het koninkrijk Gwynedd. Op dit moment keert prins Madoc, die lange tijd verdwenen was, terug, wordt verliefd op de mooie Kyndra, die rebel werd na de moord op haar vader, en wordt uiteindelijk een beslissende factor in de strijd om de troon...

Sie lesen das E-Book in den Legimi-Apps auf:

Android
iOS
von Legimi
zertifizierten E-Readern
Kindle™-E-Readern
(für ausgewählte Pakete)

Seitenzahl: 89

Das E-Book (TTS) können Sie hören im Abo „Legimi Premium” in Legimi-Apps auf:

Android
iOS
Bewertungen
0,0
0
0
0
0
0
Mehr Informationen
Mehr Informationen
Legimi prüft nicht, ob Rezensionen von Nutzern stammen, die den betreffenden Titel tatsächlich gekauft oder gelesen/gehört haben. Wir entfernen aber gefälschte Rezensionen.



W.A.Hary, Alfred Bekker, Hendrik M.Bekker

De legende van prins Madoc: historische roman

UUID: 38d72f0a-331a-49ec-984c-f89774418daf
Dieses eBook wurde mit StreetLib Write (https://writeapp.io) erstellt.

Inhaltsverzeichnis

Copyright

De legende van prins Madoc: historische roman

xxx

Copyright

Een CassiopeiaPress boek: CASSIOPEIAPRESS, UKSAK E-Books, Alfred Bekker, Alfred Bekker presents, Casssiopeia-XXX-press, Alfredbooks, Uksak Special Edition, Cassiopeiapress Extra Edition, Cassiopeiapress/AlfredBooks en BEKKERpublishing zijn imprints van

Alfred Bekker

© Roman door Auteur

© van deze uitgave 2023 door AlfredBekker/CassiopeiaPress, Lengerich/Westfalen

De verzonnen personen hebben niets te maken met echte levende personen. Overeenkomsten in namen zijn toevallig en niet bedoeld.

Alle rechten voorbehouden.

www.AlfredBekker.de

[email protected]

Volg me op Facebook:

https://www.facebook.com/alfred.bekker.758/

Volg me op Twitter:

https://twitter.com/BekkerAlfred

Lees het laatste nieuws hier:

https://alfred-bekker-autor.business.site/

Naar de blog van de uitgever!

Blijf op de hoogte van nieuwe publicaties en achtergronden!

https://cassiopeia.press

Alles over fictie!

De legende van prins Madoc: historische roman

door W.A.Hary, Alfred Bekker, Hendrik M.Bekker

Er bestaan veel legendes over de Welshe prins Madoc. Hij zou in de twaalfde eeuw met zijn schip de Nieuwe Wereld hebben bereikt.

Wales wordt op dit moment geteisterd door interne onrust. De zonen van koning Owain vechten om de macht in het koninkrijk Gwynedd. Op dit moment keert prins Madoc, die lange tijd verdwenen was, terug, wordt verliefd op de mooie Kyndra, die rebel werd na de moord op haar vader, en wordt uiteindelijk een beslissende factor in de strijd om de troon...

*

Wales, in het jaar van onze Heer 1170

Koning Owain Gwynedd opende zijn ogen met zijn laatste krachten. Zijn sombere blik was niet gericht op de drie kwakzalvers die tevergeefs hadden geprobeerd zijn leven te redden. Hij was op zoek naar zijn zonen die zich aan zijn sterfbed hadden verzameld. Ze hadden elkaar dagenlang om beurten opgezocht. Om niet te missen dat er in deze laatste dagen en uren van het leven van de koning van Gwynedd, een koninkrijk in het noorden van Wales, nog zoiets als een wakker moment zou kunnen zijn.

Uitgerekend nu stonden ze alle twaalf aan zijn bed. Alsof hij hier alleen maar op had gewacht.

Zijn ogen verwijdden zich echter, alsof iets hem bang maakte.

Een dozijn zonen boog zich laag over zijn bed en verdreef de drie kwakzalvers die geen kans maakten tegen hun superieure kracht. Al hun ogen waren gericht op de trillende lippen van de vertrekkende koning, die er tot nu toe niet in was geslaagd een waardige opvolger te benoemen. En elk van de zonen wilde natuurlijk die opvolger zijn. Want elk van hen was de enige die zich daartoe geroepen voelde.

Niet eens al zijn zonen waren aanwezig. Van de in totaal zestien waren er nog vier vermist, van wie niemand precies wist waar ze op dit moment waren. Ze waren in ieder geval niet op de hoogte gebracht. En zijn verwijdde ogen leken naar hen op zoek te zijn. Of was hij gewoon te verward in het aangezicht van de dood om te begrijpen wat er om hem heen gebeurde?

Zijn handen trilden en probeerden naar iets te reiken dat niemand kon zien, behalve hijzelf blijkbaar. Zijn lippen tuitten alsof hij worstelde om woorden te vormen die onhoorbaar bleven.

Plotseling rolde hij met zijn ogen. Er klonk een laatste nauwelijks waarneembare zucht uit het door de dodelijke ziekte vermagerde lichaam. Een laatste uitademing die een schokkende zucht leek. De letterlijke doodse stilte die volgde was alomtegenwoordig. Het leek tot in elke hoek van de enorme kamer te kruipen en greep niet alleen het hart van alle aanwezigen, maar vooral... hun geest:

Koning Owain Gwynedd was dood. Wie moest hem dan opvolgen? Wie zou hij waardig genoeg hebben geacht?

Misschien niet eens een van zijn zonen hier? Niet één van de aanwezigen: Was dit de reden geweest van zijn schrik? Of had hij zich op dat moment alleen maar gerealiseerd dat het moment van zijn eigen dood zo nabij was?

Eigenlijk was niemand aan zijn bed hier meer in geïnteresseerd. Zelfs de kwakzalvers niet, die zich angstig terugtrokken omdat er aan het sterfbed van de zojuist overleden koning plotseling een sfeer hing als vlak voor het uitbreken van een oorlog.

De mannen keken elkaar haatdragend aan. Geen van beiden leek de ander de opvolging te misgunnen. Eerst wel. Maar toen leken zich kleinere allianties te vormen. Maar heel vaag. Eén alleen tegen de overgebleven elf zonen, dat leek elk van hen tegelijk misschien veel te zwak om tot succes te kunnen leiden? Dus het was een kwestie van anderen overtuigen? Van zichzelf, natuurlijk. Van zichzelf alleen! Om gesteund te worden tot succes.

Of anders: men deed alsof men iemand anders steunde, die men dan alleen maar op tijd de beruchte doodsteek hoefde te geven om zichzelf uiteindelijk op de troon te zetten...?

Het was maar goed dat er niemand was die de gedachten van de anderen kon lezen. Hoewel het niet echt moeilijk leek om ze nauwkeurig te raden.

De drie helers besloten samen dat het beter was om op tijd weg te komen. Hun werk zat er toch al op. Uiteindelijk hadden ze gefaald. De dreiging van de dood was opnieuw sterker geweest dan hun medische kunst. Omdat er op dit moment toch niemand op hen lette, omdat elk van de zonen meer met zichzelf en zijn eigen ambities bezig was, was de kans groot dat ze aan een eventuele aanval konden ontsnappen.

Hoewel, wie zou er uiteindelijk geïnteresseerd zijn om hen te straffen voor hun falen? Was het niet eerder zo dat de zonen zelfs blij waren om de weg vrij te maken voor een nieuwe koning?

Dat gold tenminste voor de twaalf aanwezige zonen. De ontbrekende vier wisten nog niet van de gebeurtenis. En misschien hadden ze hun eigen ambities wel op het spel willen zetten?

Als de twaalf hier en nu tot een halfslachtige overeenkomst zouden komen, was het in ieder geval gegarandeerd dat het er in totaal maar twaalf zouden blijven. In ieder geval moesten ze de resterende vier zonen voor zijn.

Maar hoe kom je tot een overeenkomst?

Rhodri ab Owain en Dafydd ab Owain vroegen zich hetzelfde af. Ze hadden al minstens half van tevoren met elkaar afgesproken. Ze hadden niet gewacht tot het zover was, maar waren nu de enigen in de groep die minstens half voorbereid waren.

"Ik eis de troon op!" riep Dafydd ab Owain zelfverzekerd uit, terwijl hij naar Rhodri ab Owain wees: "Laat hem mijn getuige en medestander zijn. Besef dat het gat dat onze overleden koning achterliet niet te lang opengelaten mag worden. Laten we een sterke alliantie smeden die alle kansen zal trotseren. Alleen onze eenheid kan dienen om de macht te behouden en het ergste te voorkomen."

"Onder jouw leiding als nieuwe koning," grijnsde een van de toegesprokenen. "Over mijn lijk!"

"Je kunt het zo hebben!" kwijlde een ander. En toen ontstond er grote commotie rond het sterfbed van de andere koning. Tien mensen die het niet alleen oneens waren, maar elkaar ook ophitsten en bedreigden.

Behalve Rhodri en Dafydd, die nu zijn bondgenoot bij de arm pakte en tegen hem fluisterde:

"Als tien ruziën, verheugt de rest zich!"

Rhodri was liever gebleven. Hij had ook willen proberen om de broers tot matiging te manen. Ja, beseften ze niet dat hun houding alles zou vernietigen wat koning Owain Gwynedd tijdens zijn bewind had opgebouwd? Als het koninkrijk nu uiteen zou vallen en er zelfs een burgeroorlog zou uitbreken tussen de vijandige, want rivaliserende, broers...

Dafydd trok hem gewoon mee naar buiten.

"Laten we terugkeren naar mijn eiland Anglesey," stelde hij uiteindelijk voor. "We moeten overleggen hoe we verder gaan. Nu moeten we geen fouten maken. We moeten profiteren van de verdeeldheid van de anderen."

"Zou het niet gepaster zijn om het koninkrijk te verenigen voordat het echt breekt?" was Rhodri's tegenvoorstel. Hij rukte zich los en keerde zonder Dafydd terug naar de dodenkamer.

"Alsjeblieft!" riep hij luid om ieders aandacht te trekken. "Zoals Dafydd zei, zien jullie niet waar dit toe leidt? Al mijn inspanningen zullen worden ingezet om het koninkrijk verenigd te houden. Mijn voorstel daarbij is Dafydd als waardige opvolger. Al was het maar omdat hij de enige is die niet betrokken is bij dit ongelukkige geschil. Maar we moeten het snel eens worden om daadwerkelijk samen diegene onder ons als opvolger te kiezen. Doe voorstellen, ook over de procedure. Ik zal elk redelijk voorstel zo goed mogelijk steunen, maar geen burgeroorlog tussen broers! Alsjeblieft!"

Iedereen praatte nu tegen hem en probeerde elkaar te overtreffen in volume.

Rhodri stond stomverbaasd deze ware storm van verontwaardiging tegen uitgerekend hem, die het tegenovergestelde had willen bereiken, namelijk rede en duidelijkheid, te aanschouwen en schudde er zijn hoofd bij. Totdat Dafydd zich nog eens over hem ontfermde en hem tegen zijn zwakke tegenstribbelen weer naar buiten trok.

Van buiten hoorden ze dat er binnen nog steeds commotie was. Er was niet veel voor nodig en ze zaten elkaar al naar de keel. Even leek het erop dat ze Rhodri als gemeenschappelijke vijand zagen, maar dat was nu voorbij.

"Zie je nu zelf in dat het zinloos is?" sprak Dafydd tegen Rhodri. "We voegen onze twee graafschappen samen en dat zal ons al sterker maken dan elk van hen. Dan zullen ze wel twee keer nadenken of ze ons wel of niet aanvallen. En zolang ze het onderling niet eens worden en zelfs oorlog met elkaar willen voeren, hebben we echt niets meer van ze te vrezen."

"Ik kan gewoon niet anders dan alles proberen om ze toch te verenigen. Misschien moeten we gewoon wachten tot de eerste opwinding is weggeëbd?"

Dafydd knikte en glimlachte zelfs zelfverzekerd.

"Daar ben ik het mee eens, mijn favoriete broer Rhodri! Samen zijn we sterk en uiteindelijk zullen we slagen. Daar heb ik alle vertrouwen in. De anderen moeten eerst leren begrijpen dat ze geen partij zijn voor onze gezamenlijke kracht. Dat zal één of twee van hen tot bezinning brengen. Totdat we de meerderheid hebben bereikt. Pas dan zal een echte pacificatie van het rijk weer binnen handbereik zijn."

Dit stelde Rhodri nu gerust en hij had er geen bezwaar meer tegen om deze plaats van het ongelukkige conflict tussen hun broers te verlaten en terug te keren naar het eiland Anglesey. Om van daaruit hun twee graafschappen voor eens en altijd te verenigen, als één, als bolwerk tegen alle anderen. Om de aldus verkregen kracht en superioriteit te gebruiken om ze allemaal te verenigen....

*

Prins Madoc ab Owain, een van de vier broers die niet aan het sterfbed van de koning had gelegen, had geen idee van dit alles. Hij had op dit moment ook veel grotere problemen, want hij voer met zijn toch al zwaar gehavende schip vanuit het westen, Ierland nu in de rug, richting de kust van Wales. De wind was aan de ene kant goed, maar aan de andere kant veel te sterk voor dit schip. Het was geen echte storm, maar het zorgde wel voor een enorme deining.

Zelfs dat was misschien niet zo erg geweest als het schip niet zo gehavend was geweest en als er nog genoeg mannen aan boord waren geweest om het schip op koers te houden. Helaas waren ze onderweg bijna allemaal gestorven. Zelfs Madoc zelf voelde zich meer dood dan levend. Maar hij kon het zich niet veroorloven om te rusten. Met letterlijk zijn laatste restje kracht, en inmiddels helaas helemaal alleen, moest hij alles op alles zetten om het schip toch op koers te houden. Lang op halve mast, dus met half gereefde zeilen, om geen zijwind te krijgen en te kapseizen bij een roerfout, die onvermijdelijk was door deze sterke deining. Met volle zeilen en harde wind zou dit zeker kunnen gebeuren. En natuurlijk als er geen bemanning was om op tijd in te grijpen.